Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade

Case Law

Risico, relativiteit, redelijkheid

HR 29 januari 2016, ECLI:NL:HR:2016:162 (Imagine, Hangmat II)

Trefwoorden artikel 6:179 BW, artikel 6:181 BW, Hangmat-regel, relativiteit bij risicoaansprakelijkheid, medebezitters van dieren
Auteurs Mr. J.K. Stam en mr. J.H.G. Verweij-Hoogendijk
DOI
Auteursinformatie

Mr. J.K. Stam
Mr. J.K. Stam is als wetenschappelijk docent verbonden aan de sectie Burgerlijk Recht van de Erasmus School of Law (Erasmus Universiteit Rotterdam).

mr. J.H.G. Verweij-Hoogendijk
Mr. J.H.G. Verweij-Hoogendijk is als wetenschappelijk docent verbonden aan de sectie Burgerlijk Recht van de Erasmus School of Law (Erasmus Universiteit Rotterdam).
  • Samenvatting

      Op 29 januari 2016 gaf de Hoge Raad antwoord op drie prejudiciële vragen met betrekking tot de analoge toepassing van het Hangmat-arrest, waarin aansprakelijkheid jegens medebezitters op grond van artikel 6:174 BW is aangenomen, ten aanzien van artikel 6:179 en 6:181 BW. De regel uit het Hangmat-arrest blijkt niet te gelden in de onderlinge verhouding tussen medebezitters van een dier en niet in de onderlinge verhouding tussen bedrijfsmatige medegebruikers van een dier. De derde vraag ten aanzien van de verdeling van de schade behoefde volgens de Hoge Raad geen beantwoording.

Om de rest van dit artikel te lezen moet u inloggen



Heeft u een registratiecode ontvangen maar nog geen toegang? Activeer dan hier uw code.

Weet u uw wachtwoord niet meer? Nieuw wachtwoord aanvragen.