Tijdschrift voor Toezicht

Artikel

Betalen versus bepalen

De hernieuwde verhouding tussen de minister en de AFM en DNB vanuit het perspectief van de financiering van toezicht en de politieke onafhankelijkheid

Trefwoorden financieel toezicht, bekostiging van toezicht, onafhankelijkheid van toezichthouders, ministeriële verantwoordelijkheid voor financieel toezicht
Auteurs mr. drs. K. Raaijmakers
Auteursinformatie

mr. drs. K. Raaijmakers
Mr. drs. K. Raaijmakers is werkzaam voor Clear Conduct, een adviesbureau dat zich richt op het verbeteren van toezicht. Daarnaast is zij als wetenschappelijk docent verbonden aan de Master Financieel Recht van de Erasmus School of Law (Erasmus Universiteit Rotterdam).
  • Samenvatting

      Dit artikel gaat in op de vraag hoe de onttrekkende beweging van de overheid bij de financiering van financieel toezicht zich verhoudt tot de versteviging van de bevoegdheden van de minister van Financiën ten aanzien van de financieeltoezichthouders. Deze vraag raakt de ministeriële verantwoordelijkheid enerzijds en de politieke onafhankelijkheid van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en De Nederlandsche Bank (DNB) anderzijds. Daarnaast past deze vraag in een bredere discussie rondom de financiering van toezicht en het uitoefenen van controle op de toezichthouder door de overheid.
      Per 1 januari 2013 geldt een nieuwe bekostigingssystematiek voor het financieel toezicht. Deze systematiek leidt tot een geringere overheidsbijdrage aan de kosten van financieel toezicht. Blijkens de wetsgeschiedenis is de wijziging met name ingegeven door pragmatisme. Hiermee wordt gebroken met de meer principiële en uniforme overwegingen die tot die tijd ten grondslag lagen aan de doorbelasting van de toezichtkosten. In een tijd waarin financieel toezicht wordt geïntensiveerd, zowel binnen als buiten de Nederlandse landsgrenzen, brengt dit de nodige budgettaire onzekerheid voor onder toezicht staande ondernemingen met zich. De minister heeft de verantwoordelijkheid de ontwikkeling van de toezichtkosten te bewaken. Deze verantwoordelijkheid en de wens om meer invloed te kunnen uitoefenen op het financieel toezicht heeft geleid tot vernieuwing van het ‘toezichtarrangement’ van de minister op AFM en DNB. Ook in deze wijzigingen klinkt pragmatisme door.

Om de rest van dit artikel te lezen moet u inloggen



Heeft u een registratiecode ontvangen maar nog geen toegang? Activeer dan hier uw code.

Weet u uw wachtwoord niet meer? Nieuw wachtwoord aanvragen.