-
Samenvatting
Iets meer dan een jaar geleden is de Wet raadgevend referendum (Wrr) in werking getreden. In dit artikel wordt teruggekeken op dat jaar. Allereerst wordt kort de systematiek van de Wrr uiteengezet. Daarna wordt bezien hoe de wetgever omgaat met de referendabiliteit van wetten en het gebruik van de spoedprocedure uit artikel 12 Wrr. De bijdrage beschrijft tevens in hoeveel gevallen er daadwerkelijk verzoeken tot het houden van een referendum zijn gedaan. Ten slotte gaat het artikel in op de praktische lessen die geleerd kunnen worden van het eerste referendum dat op grond van deze wet is gehouden en op de suggesties die zijn gedaan om de Wrr aan te passen.
Inhoud
- 1. Inleiding
- 2. De toepassing van de wet in cijfers
- 3. Vragen over de toepassing van de wet in de praktijkKortheidshalve laten we enkele minder wezenlijke uitvoeringsvragen buiten beschouwing, zoals vragen over verkiezingsborden (Aanhangsel Handelingen II 2015/16, 2144), subsidieverstrekking (Aanhangsel Handelingen II 2015/16, 1637 en 1638), stemadviezen op stempassen (Aanhangsel Handelingen II 2015/16, 2130), kiezers buiten Nederland (Aanhangsel Handelingen II 2015/16, 1565 en 1588) en de vormgeving van de stembiljetten (Kamerstukken II 2015/16, 34270, 8).
- 4. Knelpunten in de praktijk en suggesties voor aanpassing van de wet
- 5. Slotopmerkingen
- ↑ Naar boven
RegelMaat |
|
| Article | De Wet raadgevend referendum in de praktijk |
| Trefwoorden | Wet raadgevend referendum, referendabiliteit, artikel 12 Wrr, spoedprocedure, Oekraïne-referendum |
| Auteurs | Mr. L.H.M. Weesing-Loeber en Mr. H.M.B. Breunese |
| DOI | 10.5553/RM/0920055X2016031005004 |
| Auteursinformatie |